De stal is echt

In de film Novecento houdt Leonidas in een stal zijn baas onder schot. Waarom wacht hij en schiet hij z’n baas niet overhoop? Het is oorlog, dus het kan. Ik denk dat hij wacht omdat hij onzeker is. Ga maar na: wie z’n baas overhoop schiet, wordt automatisch zelf de baas. Maar hoe kan dit als hij het fatale schot wil motiveren met: ‘Er zijn geen bazen meer!’ Wie zo van z’n baas af wil, zit tot over zijn oren in de ethische shit. Daarom hoorden we nog steeds geen schot. Stel je nu eens voor: je staat in een stal en kijkt via je mobieltje naar een popconcert, bijvoorbeeld dat van Rammstein in de Kuip, (of van een andere band, ergens anders). Nergens is een geweer te zien, wel zie je muziekinstrumenten en de zanger met een microfoon. Iemand houdt jou in die stal onder schot, maar je ziet het niet. Je kijkt naar het concert en waant je
Lees verder...

Het begint in een stal

Bertolucci’s film Novecento is een echte kerstfilm. Hij begint niet op 25 december, maar op 25 april 1945, de bevrijdingsdag in Italië. Zingend loopt een partizaan door een paradijselijk Italiaans landschap. Het geweer draagt hij losjes over de schouder, de oorlog is immers voorbij. Maar ineens duikt vanachter het struikgewas een zwarthemd op die de zanger neermaait. De openingsscene van de film refereert aan het oerverhaal van Kaïn die zijn broeder Abel vermoordt en dan op de vlucht slaat. Novecento vertelt dit oude verhaal van goed en kwaad opnieuw. Bertolucci’s ideale mens is een partizaan die van de communistische overwinning zingt. Maar dan duikt het kwaad op en wordt de idylle met mitrailleurvuur in het verderf gestort. Op het land zijn vrouwen aan het hooien. Eén van hen staat op de hooiwagen en ziet hoe in de verte het fascisten-echtpaar Attila en Regina de benen neemt. Meteen pakken de vrouwen hun hooivork en rennen achter het tweetal aan. Mannen komen
Lees verder...

Stalfilosoof

Alfredo Berlinghieri loopt door het Italiaanse landschap. Naast hem loopt de gebochelde nar met een mand vol wijnflessen aan de arm. Er klinkt muziek, iets uit Verdi’s opera Rigoletto. De twee zijn onderweg naar de maaiers in het veld om de geboorte van Alfredo’s kleinzoon te vieren. In het veld deelt Alfredo de flessen uit en de maaiers nemen de fles aan, maar drinken doen ze nog niet. Leunend op hun zeis kijken ze naar wat hun voorman Leo Dalco doet. Leo is de patriarch van de boerenfamilie Dalco, hij is vandaag ook grootvader geworden. Alfredo reikt hem de fles aan en zegt: “Op dezelfde dag geboren, dat moeten we vieren.” Maar Leo neemt de fles niet aan. “Weer een mond te voeden,” zegt hij somber. “Weet je met hoeveel Dalco’s we aan tafel zitten?” Alfredo bekent dat hij de tel is kwijtgeraakt. Ondertussen wedt Leo de zeis en zegt dat hij de ongelijkheid maar oneerlijk vindt. “De boeren doen
Lees verder...