Picasso, zeg maar

. Het jachtseizoen was geopend. Maar als ik dacht hem in het vizier te hebben, dan was ’t steeds mijn eigen masker, het keek me in de spiegel aan. Onvermijdelijk stel je je dan de vraag: herkent een schaap de wolf in schaapskleren, of is het een wolf die zijn verklede soortgenoot herkent? Picasso proberen te begrijpen, is verslavend. Critici van zijn werk beamen dit. Wie zich in zijn kunst verdiept, komt er niet gauw van los. Dit is al mijn 6e stuk over hem en er staan er nog 2 in de steigers. Wat maakt het willen ontmaskeren zo verslavend? Het is denk ik mijn jachtinstinct dat de krachtmeting inschat en snuffelend sporen zoekt in de Picasso-mythe. Of misschien ben ik de zoveelste stier in de arena en jaag ik op een rode doek waarachter niets zit? Aanvankelijk wilde ik weten waarom Picasso het paard zo afbeult. En nu dwaal ik in het labyrintische oog van zijn stier. Het
Lees verder...

Kunst is oorlog

Picasso schildert de Guernica na het bombardement op de Baskische stad Gernica. Hij is benieuwd naar de reacties. De eerste teleurstelling komt als Manuel de Irujo, afgevaardigde van de Baskisch-Nationalistische Partij, niet wil komen kijken. De Baskische kunstenaar José María Ucelay komt wel. Hij oordeelt: ‘Het is een van de miserabelste kunstwerken ooit vervaardigd. Er is niets in te ontdekken dat op een compositie lijkt, het is niets anders dan zeven bij drie meter pornografie, een schande voor de stad Gernika, voor Baskenland, voor alles!’ Ruimhartig bood Picasso het schilderij aan de Baskische bevolking aan. Hij liet president Aguirre weten: ‘Als u erom vraagt, is het schilderij voor het Baskische volk.’ Aguirre kwam kijken en vroeg de schilder naar de gezwollen vingers van de vrouw op het doek. Picasso antwoordde: ‘Dat zijn geen vingers, dat zijn piemels.’ De president sloeg het aanbod af. Picasso hoopte dat het schilderij dan in elk geval bij de arbeidersklasse in de smaak zou vallen.
Lees verder...